Saul zocht hem alle dagen, maar God gaf hem niet over in zijn hand.
1 Samuel 23:14b
In Gods sterke hand.
Kehila verlaten, in de woestijn Zif neergestreken. David blijft Saul uit handen, daarvoor zorgt God. Jonathan komt David bemoedigen, zijn Godsvertrouwen krijgt een stevige impuls. God staat voor het koningschap God garant. Ook al verlinken Zifieten David bij Saul, Saul krijgt hem niet te pakken. Saul levert een staaltje van goede achtervolging, toch is David hem te vlug af. David kan zich met voorkennis tijdig uit de voeten maken. Het lijkt erop dat toch in de greep van Saul komt. David deed zijn best om Saul te ontlopen maar plotseling zitten David en zijn mannen door een omsingeling als ratten in de val. Reken vooral met de woorden: God gaf hem niet over in zijn hand. Een bode snelt naar Saul, hij moet snel komen want de Filistijnen zijn het land binnengevallen. David ontspringt de dans. Je bent veilig wanneer je gelovig weet dat je in Jezus’ doorboorde handen bent.
Niets is er zo sterk, of God kan het overwinnen. (Matthew Meade)